De ontmoetingsplaats voor Vlamingen die in het Groothertogdom Luxemburg of nabije omgeving wonen of werken.


Spreek jij Luxemburgs?

Wei en Sprooche schwatzt, heirert, schreift a liest dir?

Welke taal spreken die Luxemburgers toch? Hier vind je een klein overzicht van de Luxemburgse taal. 

Äddi!
Bis muer!
Dat ass gär geschidd!
Gudden owend!
Merci!
Merci, gläichfalls!
Moien!

Tot ziens! Vergelijk met het Frans: "Adieu"
Tot morgen!
Graag gedaan!

Goede avond!
Dank u!
Dank u, insgelijks!
Goeiedag! Ook 's avonds kan men dus "Moien" zeggen.

Affekot

Advokaat het Luxemburgs ligt hier dus dichter bij het Franse "avocat" en het Nederlandse "advokaat" dan bij het Duitse "Anwalt"

d'Bir

peer niet alleen als fruitsoort maar ook als lampsoort.  Dit is een typisch voorbeeld van een woord waar het Luxemburgs zo'n beetje een overgang maakt tussen het Engels (pear) - Nederlands (peer) en het Duitse (Birne).  Zo zijn er tal van woorden.

de Bréifdréier

de postbode, letterlijk "de briefdrager"

Ech sinn de Jean Kieffer

Ik ben Jean Kieffer. In het Luxemburgs gebruikt men het lidwoord "de" voor eigennamen.  Men kan dus aan de eerste minister vragen "Sidd Dir de Jean-Claude Juncker?" Dat is niet oneerbiedig, het lidwoord "de" verbergt gewoon "den Herr".  In het Antwerps klinkt dat natuurlijk totaal anders.

décidéieren -
entscheeden

beslissen heeft dus zowel een Franse (décider) als een Duitse (entscheiden) versie in het Luxemburgs. Het zijn dus synoniemen en zo zijn er nog tal van voorbeelden.  Het voordeel is natuurlijk dat wanneer u een Luxemburgs woord zoekt via de Duitse weg en u kent het Duits equivalent niet, dan kan u het altijd eens via de Franse weg proberen en vice-versa.

meng Fra

mijn vrouw, vergelijk met Duits "meine Frau" maar ook met het Antwerps "meng vraa".  

halen

houden ook in samengestelde werkwoorden zoals ënnerhalen, ofhalen, ophalen resp. onderhouden, afhouden, ophouden

huelen

nemen en dus niet halen: halen wel in sommige samengestelde werkwoorden: ënnerhuelen, iwwerhuelen, mathuelen, ofhuelen, ophuelen is respectievelijk ondernemen, inhalen, meenemen, vermageren, inhalen.

en humpen
eng flûte

en humpen: een pint van 33cl in een cilindrisch glas
eng flûte: een pint van 25cl in een fluitvormig glas
omwille van een grote armoede op het gebied van biervariëteiten moet men zijn toevlucht zoeken in het differentiëren op basis van soorten bierglazen.  Béier is bier.  De Bier is de beer.

e joer

een jaar.  Probleem met dergelijke woorden is dat men ook in Brussels en Leuvens dialekt "joer" zegt en dat we daarom in onze opvoeding precies geconditioneerd werden om "joer" te vermijden.  Het gevolg is dat je het moeilijk hebt om dat woord ook in het Luxemburgs te gebruiken; je krijgt namelijk het gevoel dat je een platte taal aan het hanteren bent.

d'Kannerkutsch

de kinderwagen "kinderkoets"

de Kleeschen an den Housecker

Sinterklaas en Zwarte Piet.  Merkwaardig is dat de "housecker" alleen zijn huidskleur met onze Zwarte Piet gemeen heeft.  Voor het overige ziet hij totaal verschillend uit: helemaal geen vrolijke springer in een Spaans kleurrijk kostuum, maar wel een sinistere baardige figuur in een monnikspij, bewapend met een bundel fijne takjes om eventueel stoute kindjes te straffen.

lassloossen

loslaten.  Men zou zich verwachten aan loslassen of zoiets maar dat zou te eenvoudig zijn, de klinkers zijn omgekeerd.

d'Mammesprooch

de moedertaal

méi kal, méi waarm,
méi héich, méi déif, méi nei, méi al

kouder, warmer, hoger, dieper, nieuwer, ouder,...merkwaardig is dat het Luxemburgs geen comparatief kent zoals het Nederlands en het Duits.  Men zegt gewoon "meer koud, meer warm," enz...

en Nuesschnappeg

Een zakdoek

de Prabbeli

de paraplu

de Presslofthummer

de pneumatische hamer "persluchthamer", ik vermeld het gewoon omdat het zo geweldig klinkt in het Luxemburgs, je voelt het als het ware dreunen.

schwätzen

praten, spreken en dus helemaal niet het pejoratieve "zwetsen".

d'Spidol

het ziekenhuis meer verwant met "hôpital" dan met "Krankenhaus"

séier

snel, vlug, rap.  Vergelijk met het Westvlaams waar men soms het woord "zeer" in de betekenis van "snel" gebruikt.  "Ze ridden veel te zere" betekent in de Westhoek "Ze rijden veel te snel".  Zeg dus ook niet "séier grouss" maar wel "ganz grouss" (zeer groot).

d'Suën

geld, letterlijk centen vergelijk met het Frans: "des sous"

ufueren

starten, vertrekken.  In Klein-Brabant gebruikt men soms het woord "aanrijden" in de betekenis van "vertrekken".  U-fueren is ook letterlijk vertaald aan-rijden.

de Velo

uiteraard de fiets: opnieuw is de gelijkenis met nonchalant Vlaams frappant.

weisen

tonen, wijzen.  In het Duits "zeigen".  Hier staat het Luxemburgs woord dus dichter bij het Nederlands, al klinkt weisen natuurlijk Duits.

d' Wollecken

wolken, wat ook bij ons vaak "wolleken" uitgesproken wordt.  Zo zijn er nog veel woorden: Mëllech (melk), Hëllefen (helpen) enzoverder

Wil je nog meer detail? Dit is de website van de Luxemburgse overheid omtrent het gebruik van talen in Luxemburg. 

                Bubbles PartnerMulti Media Partner 

We zijn trots op onze structurele partners en de steun die ze aan de Vlaamse Club Luxemburg geven.